Ober met muts
Door: Yvonne
Blijf op de hoogte en volg Yvonne
23 November 2011 | India, Pelling
In het hotel is het niet veel warmer als buiten. De jongen die ook onze tassen naar de kamer heeft gesjouwd, is nu ober in het restaurant. Hij draagt een keurig driedelig pak met handschoenen en een muts. Pa zit aan een fles whisky en ik aan mn derde liter thee, om nog enigszins warm te worden. We zijn de enige gasten in het hele hotel. De menukaart belooft weer veel goeds, maar is meer een sprookjesboek dan werkelijkheid, want niets op de kaart is verkrijgbaar. De kok (ook met muts) heeft alleen rijst, noedels en 'prutjes'. Vooraf bestellen we Franse uiensoep, die is goed heet en smaakt dus prima.
De jonge ober is overbeleefd. Het is een grappig kereltje en spreekt aardig Engels. Ik probeer een gesprek met hem aan te knopen. 'were do you come from?' 'Darjeeling mem' 'do you like it here?' 'Yes mem'. 'Yes mem, sure mem, no mem, thank you mem, have a nice evening mem', ik voel me ineens stokoud.
Het ontbijt is zeer bijzonder; friet met een omelet, een broodpannekoek gevuld met aardappel, een soort karnemelkachtige yoghurt en cornflakes. We worden naar t Pemayangste klooster gebracht, waar helaas net een bus Japanners en fransen is neergestreken. Het aantal schoenen voor de ingang van t klooster verraadt de grootte van de groep en de serene, mystieke sfeer is hierdoor ver te zoeken. De monniken gaan stug door met hun gebeden, en de muziekinstrumenten lijken steeds harder te spelen. Het gordijntje waarachter zich dit allemaal afspeelt, blijft echter gesloten. Zodra de groep is verdwenen, krijgt t klooster z'n sfeer terug. We bekijken de beelden, de verzameling antieke gebruiksvoorwerpen en de muurschilderingen. Opvallend zijn de gele gordijntjes, die bepaalde stukken muur bedekken. Natuurlijk kan ik t niet laten om er even achter te kijken: de kwaad-kijkende goden hebben achter t gordijntje allemaal vrouwelijk gezelschap en zijn innig verstrengeld. Het gordijntje waar de monniken zitten is inmiddels geopend en geeft ons een blik in de kleine ruimte vol monniken in een dikke mist van wierook. De volgende groep komt de sfeer weer verzieken (gelukkig hebben we de hele reis nog niet zoveel toeristen gezien als nu in een ochtend), dus we gaan er snel vandoor. Het bezoek aan de restanten van wat ooit de hoofdstad was van Sikkim is een grote teleurstelling. Het is een takke eind lopen door t bos en de bordjes beloven ons iets spectaculairs. Het is niet meer dan wat in elkaar gestorte muurtjes.
Onze chauffeur, die de weg niet weet-en geen Engels spreekt, proberen we uit te leggen dat we terug willen lopen. Uiteindelijk zet hij ons af bij t weggetje richting t andere klooster. Ondanks dat we klooster-moe zijn (ze lijken allemaal op elkaar), besluiten we toch omhoog te gaan lopen, want ook deze ligt bovenop een berg... We zien de kronkelweg naar boven lopen en t lijkt wel te doen. Volgens de lonelyplanet is t 3 km steil omhoog. Het uitzicht en het gebrek aan bussen toeristen maakt veel goed. Naarmate we hoger komen, raken we t zicht op t klooster kwijt. Natuurlijk nemen wij een verkeerde afslag, klauteren een weg op die ophoudt, klimmen verder en verder, maar zien nergens meer iets wat op een klooster lijkt, behalve dan de wapperende gebedsvlaggen. Dat hebben wij weer, klooster kwijt. Maar het uitzicht maakt wederom veel goed. Wanneer alleen nog een onbegaanbaar paadje ons naar de top van de berg kan brengen (wij denken nog steeds dat t klooster bovenop het puntje staat), geven we het op. We zij al meer dan een uur aan het klimmen en hebben ongelofelijke dorst. We hadden deze klim niet ingepland, dus geen water meegenomen en niemand heeft hier nog bedacht dat het handig is om dit op deze berg te verkopen. We besluiten het uitzicht nog maar eens goed in ons op te nemen en zien dan ineens, een stuk lager, op de andere berg, t opvallende gele dak van t klooster. We zijn gewoon een bergje te ver beland... Dat kan ook alleen ons overkomen. De weg naar beneden (toen we die weer gevonden hadden), gaat een stuk sneller. Het klooster is gewoon weer een klooster, maar, zoals de oudere Belgische dame zei; "het gaat niet om t einddoel, maar om de weg er naartoe". Beneden aangekomen, trakteren we onszelf op een middagje relaxen in de zon en genieten van t mooie uitzicht.
De zon verlicht als laatste nog de witte punten van de bergen, waarna zij plaatsmaakt voor een prachtige sterrenhemel.
Op straat maken mensen vuurtjes om zich op te warmen (ook het meisje van de receptie is even naar buiten om zich te warmen aan de vlammen), en wij verrekken 's avonds met zaklamp richting ons favoriete restaurant Kabur, waar ze niet alleen een heerlijk terras in de zon blijken te hebben, maar, misschien nog wel belangrijker, een houtkachel in t restaurant. Voor t eerst in Sikkim kunnen we zonder vest dineren en hebben t lekker warm.
-
25 November 2011 - 10:38
Oma:
Je dachtdat gezien dat vrouwtje een reus was,
nee je bent een reus. wat een verhaal.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley