Op de fiets naar het werk - Reisverslag uit Naypyidaw, Myanmar van Yvonne Dijk - WaarBenJij.nu Op de fiets naar het werk - Reisverslag uit Naypyidaw, Myanmar van Yvonne Dijk - WaarBenJij.nu

Op de fiets naar het werk

Door: Yvonne

Blijf op de hoogte en volg Yvonne

06 Januari 2012 | Myanmar, Naypyidaw

Midden in de nacht word ik wakker. Mijn kleine teen heeft door een enorme blaar het formaat van m'n grote teen. Lang leven de Allstars! Dat een kleine teen zo zeer kan doen. Anemoon word ook wakker van mijn gestommel en verleent nog even EHBO. Zodra de blaar is doorgeprikt verdwijnt het bokkende gevoel.

We ontbijten in de tuin, lekker in t ochtendzonnetje. Ons wasje, inclusief vrolijke onderbroeken, hangt te drogen aan de waslijn. Vandaag gaan we voor het eerst naar het weeshuis in Mine Touk. Een bootje blijkt vrij prijzig te zijn, dus huren we op advies een fiets. Met een korte, mondelinge routebeschrijving gaan we op pad. Op de fiets naar ons werk. Lekker Hollands. De weg loopt tussen de suikerrietplantages, en kleine dorpjes. Uit iedere struik horen we 'Minglaba!' (hallo) en komen mensen nieuwsgierig een kijkje nemen. De weg is afwisselend goed, tot vol met gaten. We stuiteren langs volgepakte ossenkarren, schoolkinderen en monniken. Na meer dan een uur hobbelen en zweten bereiken we het dorp. Op de kruising vragen we naar het weeshuis en we worden een zandweggetje naar links ingestuurd. De kinderen, allemaal in groene longhy, gaan na hun middagpauze, in lange stoet weer terug naar school. Vrolijk zwaaien ze ons gedag en proberen voorzichtig een paar woordjes Engels. Aan het einde van de onverharde weg herkennen we het weeshuis van de foto's die we hebben gezien.

Het meisjesweeshuis is een imposant, nieuw gebouw, wat onderdak biedt aan 55 kinderen tussen 6 en 16 jaar oud. Dit weeshuis is met behulp van een Nederlandse stichting, Care for Children, tot stand gekomen. Anemoon heeft voor vertrek veelvuldig contact gehad met deze stichting en ons project voorgelegd. De kinderen zijn door de Engelse lerares voorbereid op onze komst. Het jongensweeshuis, aan de overkant van de weg, is van oorsprong al veel ouder. Hier verblijven momenteel 33 jongens.

We parkeren onze fietsen voor de deur en worden hartelijk ontvangen door Sue, de Engelse lerares. De meisjes zijn allemaal naar school, op de oudere meiden na. Deze vijf meiden volgen een studie op kosten van het weeshuis en dragen hiervoor hun steentje bij door te ondersteunen bij de dagelijkse taken. Er wordt een uitgebreide lunch voor ons bereid. Van noedelsoep tot verse groenten, fruit en salades, alles vers uit eigen tuin. Ondanks dat de meiden highscool hebben afgerond, is hun Engels echt beperkt. De een is wat beter dan de ander en neemt het voortouw. Een van de eerste vragen die gesteld wordt is of onze ouders nog leven. Een voor mij confronterende vraag, waar ik gelukkig positief op kan antwoorden. Voor de meesten hier is dit helaas niet het geval. Het antwoord op deze vraag hebben zij al vele keren moeten uitspreken. Als een geprogrammeerde computer ratelen ze ombeurten op hoe zij in het weeshuis terecht zijn gekomen; "My father passed away, when I was 6 years old. My mom passed away when I was 9 years old". Sommigen zijn half wees. Een van beide ouders leeft nog, maar kan niet meer voor het kind zorgen, vaak door gebrek aan financiële middelen. Een klein percentage heeft beide ouders nog, maar komen uit een dermate arme familie, dat het weeshuis ze heeft opgenomen. Deze jonge meiden hebben al heel snel geleerd voor zichzelf te zorgen en voor elkaar. Dit is hun familie, de plek waar ze opgroeien. Hun eigen familieleden wonen vaak ver in de bergen en zien ze zelden.
We krijgen een rondleiding door het gebouw. Het nieuwe gebouw bestaat uit een leslokaal, een kantoortje, een weverij en boven verschillende slaapzalen. Bij ieder stapelbed staat een metalen kist. In deze kist zitten alle persoonlijke spulletjes van de kinderen. Ook hun kleren. Hun hele leven zit in een klein metalen kistje. Alleen hun bedje is privé terrein, sommigen met teddybeer, anderen met spiegeltje of plaatjes van idolen. Het oude gebouw, waar de rest van de meiden slaapt, heeft een gezamenlijke woonkamer met tv. Bij de wasruimte, staan de bakjes zeep en shampoo keurig op een rijtje, net als alle tandenborstels. De groente tuin staat vol met papajaplanten, aardappelen, knoflook, kool en bananenbomen. Alles voor eigen gebruik en in de toekomst wellicht ook voor de verkoop, zodat ze wat inkomsten kunnen genereren. Er barst een enorme plensbui los en we vluchten het theehuis is. De veranda heeft een schitterend uitzicht over de suikerrietvelden, met in de verte het meer. Aan de lange tafel is het heerlijk vertoeven en we praten met de meiden over ons fotoproject. Ze kijken er nu al naar uit.
Het jongensweeshuis ligt een klein stukje verderop aan de overkant van de weg. We worden meegenomen naar de ontvangstruimte, waar weer een kopje thee met iets lekkers voor ons klaar staat. We wachten op U Tet Tun, de weeshuisvader. Het geeft een beetje een ongemakkelijk gevoel, alsof we op audiëntie gaan bij de koningin. U Tet Tun is een wat oudere man, die zijn longhy soms afwisselt met een pantalon. Om bereikbaar te zijn, heeft hij als een van de weinigen in dit land een mobieltje. Er groeien drie enorm lange haren uit zijn kin. Waarschijnlijk een symbool van aanzien. Hij wil precies weten waar we slapen en of het wel goed is. Helaas mogen wij van de overheid niet in het weeshuis overnachten. Toeristen mogen alleen in de geregistreerde hotels en guesthouses verblijven. Aan de muur hangt een groepsfoto van de nederlandse donateurs van de stichting, naast een foto van Cor Visser. Cor Visser is de oprichter van de stichting en heeft ervoor gezorgd dat het nieuwe meisjesweeshuis is gebouwd. Helaas is hij enkele jaren geleden overleden, maar wordt nog steeds op handen gedragen.

Morgen is het Independence day. Een gelukje voor ons, omdat dan alle kinderen vrij zijn en we dus de hele dag hebben om ze te fotograferen. In overleg besluiten we dat alle kinderen 2 foto's krijgen en zelf mogen bepalen waarmee ze op de foto gaan. U Tet Tun vraagt of we ook de conferentie die hij heeft georganiseerd voor de kinderen uit t dorp, willen fotograferen. We spreken af dat we morgenochtend om 9 uur paraat zullen zijn. We lopen terug naar het meisjesweeshuis, waar inmiddels de meiden zijn gearriveerd. Nieuwsgierig komen ze even kijken en een praatje maken. De meeste meiden zijn zeer leergierig en gaan gelijk na school aan hun huiswerk. De studieboeken zijn kopietjes. Alle plaatjes handtekenend en zwart wit. Het boek bevat zowel schei-, natuur-, wiskunde als biologie. Aan het einde van de middag trekt er weer een enorme plensbui over. We wachten maar even voordat we op de fiets stappen, maar willen toch echt voor t donker terug zijn, dus gaan met een geleende regenjas aan de lange terugweg beginnen. De meiden zwaaien ons nog even uit. Gelukkig klaart het op, wordt het droog en kan de regenjas weer de tas in. De ondergaande zon kleurt de lucht en de wolken fel rood. Alsof de lucht in brand staat. Net voor t donker fietsen we het dorp in en zijn precies op tijd voor onze eetafspraak met Onno en Hagai.

Om 7 uur gaat de wekker, om 8 uur zitten wij op fiets. Alsof het de normaalste zaak van de wereld is, fietsen wij, op Independence day, in razend tempo naar het weeshuis. Ook de de rest is op weg naar werk. De een lopend, de ander met een pickup of brommer. Allemaal verdwijnen ze ergens het veld in, tussen t suikerriet. Keurig op tijd parkeren we onze fietsen. Ze zien ons al aankomen en stormen op ons af. Allemaal zijn ze nog druk in de weer met zichzelf mooi maken. Het is moeilijk te bevatten dat dit voor hen een zeer bijzondere dag is. Alsof de schoolfotograaf komt, maar dan voor het eerst in je leven. Ze hebben hun mooiste kleren aan getrokken en hun gezichtjes beschilderd met thanakha. Een aantal meiden zijn nog druk bezig. Het stukje hout wordt, met een beetje water, over een soort steen gewreven en het wit-geel achtige goedje smeren ze op hun wangen, kin en neus.

We hebben totaal geen plan om de 55 meiden op de foto te krijgen, dus met behulp van Sue gaan we gewoon aan de slag. We lopen direct tegen het eerste cultuurverschil aan. Willen wij graag een mooie portretfoto, willen zij juist een statieportret voor het weeshuis of het naambord aan de weg. Alle sjaaltjes, petjes en vestjes, veranderen diverse keren van eigenaar, waardoor wij binnen de kortste keren kwijt zijn wie geweest is en wie niet. 'Heb jij dat meisje al met dat zwart-witte sjaaltje?' 'Ja, maar die had net nog een blauw petje'. Een complete chaos ontstaat; de een wil met een vriendinnetje, de ander met de kat, knuffel of gewoon in hun eigen bedje. Sommigen hebben nog een broertje die snel uit t jongens weeshuis wordt geplukt. Halverwege deze chaos, worden we door U Tet Tun opgehaald voor de conferentie in t jongensweeshuis. Zo'n honderd dorpskinderen, zitten keurig opgesteld te staren naar het schoolbord en de posters aan de muur. Omdat het vandaag Independence day is, zijn er diverse sprekers uitgenodigd om
hun verhaaltje te doen en nog eens aandacht te vestigen op de rechten van het kind. Het vreemde is dat de kinderen van het weeshuis hier niet bij aanwezig zijn. De kinderen luisteren aandachtig, klappen en dreunen de zinnen op, die de vrouw keurig op een poster heeft genoteerd. Af en toe verslapt de aandacht, zit er één achterstevoren of heftig te gapen. Inderdaad, het is slaapverwekkend. Er wordt gevraagd of we tot het eind willen blijven om foto's te maken van deze saaie bedoeling en met veel moeite weten we hier onderuit te komen, zodat we terug kunnen naar onze foto chaos. We nemen nog wat laatste kiekjes en gaan na de lunch verder in t jongensweeshuis, waar de conferentie inmiddels ten einde is. We leren van onze fouten en hebben t kruisjes systeem ingevoerd. Voor iedere foto een kruisje. We leggen uit dat ze een portretfoto krijgen en een andere die ze zelf mogen bepalen. Het systeem werkt als een trein. We pakken allebei de helft, en de jongens komen met hele leuke ideeën voor de tweede foto; met een brommer, in de groentetuin, met de gitaar en zelfs met Boeddha voor het altaar. We zijn snel klaar en gaan met onze camera's terug naar Sue. Met haar nemen we alle meiden door, die soms door ons beiden zijn vastgelegd. De namen worden genoteerd, de corresponderende nummers op onze camera's erachter. Sommigen hebben wel vijf foto's... Aan ons de dankbare taak om er twee uit te zoeken. We stappen op de fiets terug naar ons 'kantoor', waar het uitzoekwerk kan beginnen. We vergelijken de paar honderd foto's, discussiëren te lang over welke foto's we zullen nemen en voor we het weten is het alweer donker en etenstijd. De jongens gaan ons morgen verlaten, ze hebben toch niets aan ons, en dus moet dat nog even gevierd worden. Vanwege de feestdag speelt er een band op het plein, achter ons guesthouse. Het barst er van de mensen, van jong tot oud, die allemaal hard mee blèren met de verschrikkelijke valse herrie. Iedereen rijdt gewoon met z'n brommer zover mogelijk naar voren. Tussendoor nog wat mensen die bij kaarslicht proberen iets te verkopen. Naast de tl verlichting op t podium de enige verlichting op het hele plein. De muziek is niet om aan te horen, en er moet nog geprint worden, dus we gaan terug. Helaas is het net of de band bij ons voor de deur staat, dus we hebben een heerlijk achtergrondmuziekje, terwijl we de foto's van de jongens printen. De samenwerking verloopt op rolletjes. Anemoon print de foto's, ik maak een tekening en schrijf de datum en onze gegevens achterop, Anemoon haalt m door het lamineerapparaat en klaar! Het klinkt sneller dan dat het in werkelijkheid gaat, dus om twaalf uur, als de band naar huis is, gaat bij ons het licht uit. Office closed...

Wederom geen tijd om uit te slapen. Het bootmannetje van het weeshuis, pikt ons om 7.30 uur op, voor een boottocht over het meer. Het is nog mistig, en behoorlijk koud op het water.
De vissersmannen, balancerend op een been en peddelend met de ander, halen hun netten binnen. Na een half uurtje varen zijn we bij Mine Touk. Het meer is bezaaid met waterplanten, waardoor het af en toe net is alsof de kapitein de boot recht het weiland in vaart. De afslag naar het kleine dorpje moet je maar net weten. De huizen op palen weerspiegelen in het rimpelloze water. Moeders brengen met een bootje hun kind naar school, of komen net terug met een boot vol boodschappen. Op de steiger staat Sue al te wachten. De drie oudere meiden mogen vandaag ook mee. Met de boot steken we het hele meer over. Door de laaghangende wolken ziet het er spooky uit. We varen een wolk in en het zicht is compleet verdwenen. Het is gelijk steenkoud. Zodra we uit de wolk zijn, kan m'n capuchon weer af en m'n vest uit. We stoppen bij de markt, waar we een gokje wagen op de kermis, maar niets winnen en vervolgens de lange trap op lopen naar de tempel. Overal staan kleine torentjes. De een onder een nieuwe lik verf, de ander krom en half ingestort. Ik begrijp nu waar de bedenker van het land van laaf in de Efteling, zijn inspiratie vandaan heeft gehaald. De vervallen, scheve torentjes lijken precies op de huisjes van de laven.
Op de markt doen we nog wat inkopen. Een plant voor in het theehuis, rijstcrackers en tofusalade voor de lunch. Aangevuld met gefrituurde garnalen koeken, en bruinebonenballetjes weer een waar feestmaal. Sue moet nog wat sjaals ophalen in de weverij, dus ontkomen wij niet aan een bezoekje aan deze toeristische silkfactory. Een eye-opener, want ik was toch echt in de veronderstelling, dat zijde van een rups komt, en niet van de stengel van een Lotusbloem. De draadjes in de stengel worden handig aan elkaar gewreven tot een lange draad, die vervolgens gekleurd wordt en met het weefgetouw tot een sjaal wordt gefabriceerd. Het is een heel karwei, ik snap best dat het daarom duur is, maar ik hou er niet van en verlaat dus zonder sjaaltje deze showroom. De dag wordt afgesloten met een bezoekje aan het 'jumping cat monastry'. Volgens Anemoon moet ik dit hilarische verschijnsel gezien hebben. De boot meert af bij een oud klooster, vol met antieke Boeddha beelden. Achterin zit een groepje mannen op de grond thee te drinken. Vooraan een vriendelijke monnik. De katten, waar dit hele klooster op draait, liggen heerlijk uitgestrekt in het zonnetje. We nemen plaats tussen de theedrinkende mannen en dan gaat de show beginnen. Echter niet de monnik, maar een vrouwelijke assistent, pakt een hoepeltje en laat de katten er een voor een door springen. Na drie keer springen zegt de monnik 'that's it'. Een hoogtepunt! Dat er ooit een monnik is geweest, die op het idee kwam om een kat te trainen. Wat moet die zich verveeld hebben. Anemoon vraagt aan de monnik waarom hij de katten niet meer laat springen, dat deed hij namelijk vijf jaar geleden nog wel. De monnik vertelt, dat een aantal toeristen hebben geklaagd. Zij vonden het niet kunnen dat een monnik een kat door een hoepeltje liet springen. Dus is hij ermee gestopt. Aangezien het hele klooster op deze 'show' draaide, en er een complete toeristenmarkt bij is ontstaan, heeft iemand t maar overgenomen. Een dikke, oude kater, draait zich nog eens om. De tijd dat hij door een hoepeltje sprong is reeds lang vervlogen.
Halverwege de middag worden we weer afgegooid in t dorp, waar we bij ons favoriete huiskamer restaurantje een bananenpannenkoek eten. We zwaaien Onno en Hagai uit en gaan aan de slag met het printen van de meiden. In tegenstelling tot de jongens, waar we keurig beiden twee foto's per persoon hadden, zijn de meiden echt een drama. De fotonummers die we met Sue aan de meiden hadden gekoppeld, blijken op de printer niet aangegeven te worden. Ons uitzoekwerk blijkt voor niets te zijn geweest. Ook heb ik met m'n stomme kop foto's gewist, waardoor het hele nummersysteem in de war is geschopt. Onze administratie is al een even grote bende als de rest van de kamer. In een complete ontploffing, printen we vrolijk door. De kamer ligt bezaaid met kleding, foto's, lamineervellen en pennen. Om de lamineerlucht even te ontvluchten gaan we een hapje eten. De pizza wordt geserveerd door een vrouw in flanellen beren pyjama. Naast de longhy de trend van dit moment. 'S avonds kan ik me nog iets voorstellen bij de flanneltrend, maar overdag in de pieke zon, is de berenpyama ook gewoon een hit.

Het kantoor is alweer vroeg geopend. De printer raast onder het ontbijt gewoon door, terwijl we bij een kopje thee en een ommeletje, de foto's zitten te schrijven. De tekeningetjes maak ik inmiddels blindelings. De uren vliegen voorbij. De stapel foto's wordt steeds groter. Ondanks onze inspanningen, gaan we het vandaag niet redden. Bij gebrek aan telefoon en internetmogelijkheden, moeten we voor deze teleurstellende mededeling, eind van de middag op de fiets naar het weeshuis. Een uur heen en een uur terug. Zodra de kinderen ons zien aankomen, komen ze nieuwsgierig op ons af. Helaas, we hebben nog niets... Het volleybalteam is met hun trainer volop aan t oefenen. Anemoon speelt een potje mee. Ik bekijk de fanatieke meiden vanuit het theehuis, terwijl de zon langzaam ondergaat en het suikerriet goud kleurt. In de schemering starten we onze terugweg, met de belofte dat we morgen terugkomen met alle foto's. Natuurlijk wordt het heel snel donker en heeft maar 1 fiets licht. We stoppen onderweg nog bij een geoogst suikerrietveld, wat ze aan hebben gestoken. Het is knap hoe ze de vlammen gecontroleerd het veld zwart laten blakeren. In vol tempo fietsen we de hobbelweg verder en komen zonder kleerscheuren aan bij het guesthouse.

  • 21 Januari 2012 - 11:46

    Lies:

    weer heel veel te lezen.
    Wat een prachtig land en mensen daar.
    Het ene avontuur na het andere, iets om nooit te vergeten.
    Jullie gaan vast terug naar Birma, met een volgende missie.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Yvonne

Een enkele reis Azie alsjeblieft... Baan opgezegd, spullen gepakt en op naar het avontuur. Hoe lang? Geen idee. Vertrek? 1 november Start bestemming? Oost India. Route? Onbekend.

Actief sinds 06 Sept. 2011
Verslag gelezen: 202
Totaal aantal bezoekers 61474

Voorgaande reizen:

03 November 2014 - 18 November 2014

Myaphoto part IV

29 December 2012 - 23 Januari 2013

Myanmar part II

01 November 2011 - 30 November -0001

Van curry tot sate

Landen bezocht: